zwartgallig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zwart·gal·lig
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘zwaarmoedig’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1722 [1]
  • Van de Middeleeuwse theorie van de vier humoren, waarvan de zwarte gal er één was.
  • Samenstellende afleiding van zwart en gal met het achtervoegsel -ig [2]
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen zwartgalligzwartgalligerzwartgalligst
verbogen zwartgalligezwartgalligerezwartgalligste
partitief zwartgalligszwartgalligers-

Bijvoeglijk naamwoord

zwartgallig

  1. melancholisch, somber
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord zwartgallig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.