zuigplek

1. kenmerkende rode verkleuring van de menselijke huid op een plaats waar die hevig is gezoend

Nederlands
Uitspraak
  • Geluid:  zuigplek    (hulp, bestand)
  • IPA: / ˈzœyxplɛk /
Woordafbreking
  • zuig·plek
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord zuigplek zuigplekken
verkleinwoord zuigplekje zuigplekjes

Zelfstandig naamwoord

zuigplek m/v

  1. kenmerkende rode verkleuring van de menselijke huid op een plaats waar die hevig is gezoend of waar lang gezogen is
    • Als ze mee mag naar de geheime plek van deze groep, wordt ze door de stoere Christian aangerand: terwijl twee vriendinnen haar vasthouden, brengt hij een zuigplek aan in haar nek. [2]
    • Zijn zwemmer Michael Phelps’ schouders een beetje verlegen? Nee die zuigplekken komen van cupping, een onbewezen alternatieve geneeswijze. [3]
  2. plaats van een insectenbeet
    • Sitkaspar reageert op aantastingen door de groene sparreluis vrijwel onmiddellijk met het laten vallen van de oude naalden ook al zit er maar een enkel zuigplekje op. [4]
Opmerkingen
  • Voor betekenis 2 is alleen het verkleinwoord zuigplekje gangbaar.

Gangbaarheid
99 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen
  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. König, K. "Een probleemboek met een doordachte compositie. Intertekstualiteit in De zuigzoen" in: Literatuur zonder leeftijd. jrg. 13 nr. 49 (zomer 1999) Stichting ter Bevordering van de Studie van de Kinder- en Jeugdliteratuur, Amsterdam; p. 271;; geraadpleegd 2017-02-06
  3. Ploeg, P. van der Kopzorgen (10 augustus 2016) op website: nrc.nl; geraadpleegd 2017-02-06
  4. Schuring, W. "Aantastingen door insekten en mijten op bomen en struiken in 1983" in: Nederlands Bosbouwtijdschrift jrg. 56 nr. 6 (1984); p. 186; geraadpleegd 2018-02-06
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.