zopas

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zo·pas
Woordherkomst en -opbouw

Bijwoord

zopas

  1. een korte tijd geleden, daarnet, daarstraks, juist, net, zo-even, zojuist, zonet.

Gangbaarheid

  • Het woord zopas staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
56 %van de Nederlanders;
97 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.