zespersoons

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • zes·per·soons
Woordherkomst en -opbouw
stellend
onverbogen zespersoons
verbogen zespersoons

Bijvoeglijk naamwoord

zespersoons

  1. bedoeld voor zes personen
    • Heeft u misschien ook een vakantiehuisje dat zespersoons is? 
  1. bestaande uit zes personen
Afgeleide begrippen
  • [1] zespersoonskamer
  • [2] zespersoonshuishouden
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord 'zespersoons' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.