zaailing
Nederlands
Woordafbreking
- zaai·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | zaailing | zaailingen |
verkleinwoord | zaailingetje | zaailingetjes |
Zelfstandig naamwoord
zaailing m
- een uit zaad opgekweekte plant, het stadium volgend op de kiemplant
- Bij de opkweek van bosbomen wordt ook gebruikt gemaakt van zaailingen.
- een vrouwelijke hennep
- een tweede uitzaaiing door versleping van kwaadaardige cellen
Gangbaarheid
- Het woord zaailing staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'zaailing' herkend door:
86 % | van de Nederlanders; |
79 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.