xantippe
Nederlands
Woordafbreking
- xan·tip·pe
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘boze vrouw’ voor het eerst aangetroffen in 1649 [1]
- Afgeleid van de naam van de vrouw van Socrates.
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | xantippe | xantippes |
verkleinwoord | xantippetje | xantippetjes |
Zelfstandig naamwoord
xantippe v
- een boosaardige en kijfachtige vrouw
- Jeetje, wat was die vrouw een xantippe.
Vertalingen
1. een boosaardige en kijfachtige vrouw
Gangbaarheid
- Het woord xantippe staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'xantippe' herkend door:
77 % | van de Nederlanders; |
69 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.