wende

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • wen·de
enkelvoud meervoud
naamwoord wende -
verkleinwoord wendetje wendetjes

Zelfstandig naamwoord

wende [1] [2] [3]

  1. overgang naar een nieuwe periode
Hyponiemen

Werkwoord

vervoeging van
wennen

wende

  1. enkelvoud verleden tijd van wennen
    • Ik wende. 
    • Jij wende. 
    • Hij, zij, het wende. 

Werkwoord

vervoeging van
wenden

wende

  1. aanvoegende wijs van wenden
    • Voor nadere informatie wende men zich tot een van de bestuursleden. 

Gangbaarheid

  • Het woord wende staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
89 %van de Nederlanders;
85 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.