wegwijzer
Nederlands
Woordafbreking
- weg·wij·zer
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van weg en wijzer
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wegwijzer | wegwijzers |
verkleinwoord | wegwijzertje | wegwijzertjes |
Zelfstandig naamwoord
wegwijzer m
- Bord langs de weg dat de richting aangeeft waarheen je moet rijden.
- Het verkeerd draaien van wegwijzers was een verzetsdaad in de Tweede-Wereldoorlog.
Gangbaarheid
- Het woord wegwijzer staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wegwijzer' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.