wandkaart
Nederlands
Woordafbreking
- wand·kaart
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van wand zn en kaart zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | wandkaart | wandkaarten |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
wandkaart v/m [1]
- een grote landkaart die men aan de muur kan hangen
- Het was vooral druk bij de aanbieders van oude grammofoonplaten, aldus de woordvoerder van Europa ’s grootste vintagebeurs, waar veel oude sieraden, bijouterieën, wandkaarten, antiek gereedschap, muziek en stripboeken te koop werden aangeboden.[2]
- Oude schoolbanken, letterplankjes, lesboeken uit grootmoederstijd, wandkaarten en veel nostalgische foto's. De Olde Smederieje in Neede is ter gelegenheid van het honderdjarig bestaan van de Kisveldschool in Neede ingericht als een oud klaslokaal.[3]
Gangbaarheid
- Het woord wandkaart staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'wandkaart' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf 09 mei 2016
- Tubantia 16-MEI-2008
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.