waart

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • waart

Werkwoord

vervoeging van
waren

waart

  1. tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van waren
    • Jij waart. 
  2. derde persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van waren
    • Hij waart. 
  3. verouderde gebiedende wijs meervoud van waren
    • Waart! 
vervoeging van
zijn

waart

  1. gij-vorm verleden tijd van zijn
    • Gij waart. 
  2. (verouderd) verleden tijd tweede persoon meervoud
    • Jullie waart hier nog niet. 
Gelijkklinkende woorden
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.