vorstverlet
Nederlands
Woordafbreking
- vorst·ver·let
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vorst zn en verlet zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vorstverlet | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
vorstverlet o [1]
- werkonderbreking door vorst met name bij werk dat in de buitenlucht moet worden verricht
- Inmiddels is Nicole al vijftien jaar gediplomeerd opticien en contactlenzenspecialist. Ook haar partner Mark is opticien. „Hij was huisschilder en hielp tijdens vorstverlet een keer mee. Hij vond het geweldig. En wij ook.”[2]
- Het kabinet kwam vorig jaar met het plan om een nieuwe, voor alle branches uniforme vorstverletregeling in te voeren met een wachttijd van drie weken. Hierdoor moeten werkgevers het loon van werknemers bij streng winterweer gedurende drie weken doorbetalen.[3]
Gangbaarheid
- Het woord vorstverlet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'vorstverlet' herkend door:
81 % | van de Nederlanders; |
80 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- de Telegraaf JUDITH MUNSTER 06 dec. 2017
- de Telegraaf 22 aug. 2014
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.