vloertegel
Nederlands
Woordafbreking
- vloer·te·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van vloer en tegel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | vloertegel | vloertegels |
verkleinwoord | vloertegeltje | vloertegeltjes |
Zelfstandig naamwoord
vloertegel m
- een tegel van keramiek, natuursteen, kunststof etc. om een vloer mee te bedekken
- Hij liet de vloertegels van schrik uit zijn hand vallen.
Gangbaarheid
- Het woord vloertegel staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.