vignet

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • vig·net
Woordherkomst en -opbouw
  • Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘boekversiering, embleem’ voor het eerst aangetroffen in 1520 [1] [2]
enkelvoud meervoud
naamwoord vignet vignetten
verkleinwoord vignetje vignetjes

Zelfstandig naamwoord

vignet o [3]

  1. sticker ter indicatie dat men rechten heeft die uit een betaling voortvloeien
  2. fabrieks- of handelsmerk
  3. tekeningetje of prentje dat in boeken ter versiering wordt aangebracht
Hyponiemen
Afgeleide begrippen
  • vignettenmethode, vignettenonderzoek
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vignet staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
92 %van de Nederlanders;
92 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.