verzorger

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·zor·ger
Woordherkomst en -opbouw
  • Naamwoord van handeling van verzorgen met het achtervoegsel -er
enkelvoud meervoud
naamwoord verzorger verzorgers
verkleinwoord verzorgertje verzorgertjes

Zelfstandig naamwoord

verzorger m

  1. (beroep) Iemand die voor iets of iemand zorgt die verzorging nodig heeft.
    • Op de ouderavond worden ouders en verzorgers uitgenodigd 
Verwante begrippen
Hyponiemen

Gangbaarheid

  • Het woord verzorger staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Verwijzingen

    This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.