versus
Nederlands
Woordafbreking
- ver·sus
Woordherkomst en -opbouw
Voorzetsel
- (juridisch) tussen de naam van de eisende en de verwerende partij in de naam van een civiele rechtszaak
- Morgen doet de rechtbank uitspraak over Greenpeace versus de Staat der Nederlanden.
- in conflict met, in contrast met, gesteld tegenover, tegen
- Het was een ongelijke strijd, pijl en boog versus geweer."
Gangbaarheid
- Het woord versus staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'versus' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Engels
Voorzetsel
- (juridisch) tussen de naam van de eisende en de verwerende partij in de naam van een civiele rechtszaak
- in conflict met, in contrast met, gesteld tegenover, tegen
Synoniemen
- v (vooral in de juridische betekenis)
Latijn
Bijwoord
versus
- gekeerd tegen, gewend naar, in de richting van
Overerving en ontlening
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.