verspreken
Nederlands
Woordafbreking
- ver·spre·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verspreken |
versprak |
versproken |
klasse 4 | volledig |
Werkwoord
verspreken
- wederkerend zich ~: een uitspraak doen die men niet zo bedoelde te maken
- De kandidaat versprak zich in zijn toespraak op de verkiezingsbijeenkomst.
Vertalingen
1. een uitspraak doen die men niet zo bedoelde te maken
|
Gangbaarheid
- Het woord verspreken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verspreken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.