verspreiden
Nederlands
Woordafbreking
- ver·sprei·den
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verspreiden |
verspreidde |
verspreid |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
verspreiden
- overgankelijk in omloop brengen, over een groter oppervlak uitbreiden
- Deze ziekte wordt door ratten en hun vlooien verspreid.
- wederkerend zich ~: een proces van uitbreiding ondergaan
- De ziekte verspreidde zich.
Vertalingen
1. in omloop brengen, over een groter oppervlak uitbreiden
2. zich ~: een proces van uitbreiding ondergaan
Gangbaarheid
- Het woord verspreiden staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verspreiden' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.