verongelukken

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·on·ge·luk·ken
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
verongelukken
verongelukte
verongelukt
zwak -t volledig

Werkwoord

verongelukken

  1. ergatief bij (tot personen) een ongeluk om het leven komen
    • Hij is op weg in de Alpen verongelukt. 
  1. (figuurlijk) mislukken, niet goed terechtkomen
  1. «Je kan wel zeggen dat hij verongelukt is.»
    Hij heeft niets bereikt van wat hij beoogde.
  2. (tot vervoermiddelen) onbruikbaar worden door ongeluk
    • Bij een kettingbotsing zijn gisteravond tien auto’s verongelukt. 
Synoniemen
Opmerkingen
  • [1] een ongeluk hebben.
een persoon is aangereden, maar leeft nog.
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verongelukken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.