verkaveling

Nederlands

verkaveling in Nederland
Uitspraak
Woordafbreking
  • ver·ka·ve·ling
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord verkaveling verkavelingen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

verkaveling v [1]

  1. (aardrijkskunde) (landbouw) de manier waarop land in stukken is verdeeld
    • De ligging van Stakenbeek is volgens wethouder Alida Renkema nu juist een pluspunt. „Dicht bij het spoor en dicht bij het gezondheidscentrum. Ook WBO Wonen doet volop mee in Berghuizen.” Het nadenken over de verkaveling van fase 2 van de Stakenbeek kan beginnen.[2] 
  1. (figuurlijk) de manier waarop een groter geheel in scherp afgegrensde delen is verdeeld
    • Laten we de stelling omdraaien: onderwijs schept inzicht - en niet alleen bij de student, maar ook bij de docent. In een tijd van vergaande wetenschappelijke verkaveling durf ik te stellen dat het de curricula van opleidingen zijn, meer nog dan wetenschappelijke publicaties, die eenheid bieden aan een versplinterd kennislandschap.[3] 
Hyponiemen
  • blokverkaveling, grondverkaveling, ruilverkaveling, slagenverkaveling, strokenverkaveling, strookverkaveling
Afgeleide begrippen
  • Verkavelingsvlaams, verkavelingaanvraag, verkavelingplan, verkavelingsaanvraag, verkavelingspatroon, verkavelingsplan, verkavelingsproject, verkavelingsvergunning, verkavelingvergunning
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord verkaveling staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
98 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

  1. Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
  2. Tubantia Stephan Scheper 20-AUGUSTUS-2017
  3. Volkskrant Rutger Kaput 6 april 2017,
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.