vergaderen

Nederlands

Uitspraak
  • Geluid:  vergaderen    (hulp, bestand)
  • IPA:
    • (Noord-Nederland): /vər.ˈχa.də.rə(n)/
    • (Vlaanderen, Brabant): /vər.ˈɣa.də.rə(n)/
    • (Limburg): /vɛr.ˈɣa.də.rə(n)/
Woordafbreking
  • ver·ga·de·ren
Woordherkomst en -opbouw
  • Afgeleid van het verouderde werkwoord gaderen met het voorvoegsel ver-
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
vergaderen
vergaderde
vergaderd
zwak -d volledig

Werkwoord

vergaderen

  1. inergatief in vergadering bijeenkomen, een vergadering bijwonen
    • We moeten nog een tijdstip afspreken om volgende week te vergaderen. 
Afgeleide begrippen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord vergaderen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.