verdommen
Nederlands
Woordafbreking
- ver·dom·men
Woordherkomst en -opbouw
- In de betekenis van ‘vervloeken’ voor het eerst aangetroffen in 1240 [1]
- Afgeleid van doemen met het voorvoegsel ver-
- afgeleid van doem met het voorvoegsel ver- en met het achtervoegsel -en [2]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
verdommen |
verdomde |
verdomd |
zwak -d | volledig |
Werkwoord
verdommen
- absoluut (krachtterm) het ~ om iets ondanks druk of verplichting niet doen
- Ik verdom het om daaraan mee te werken.
Verwante begrippen
Afgeleide begrippen
- verdomboek, verdomhoek, verdomhoekje, verdommelijk, verdommeling, verdommenis, verdommer
Gangbaarheid
- Het woord verdommen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'verdommen' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
81 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.