veldrit
Nederlands
![](../I/m/Marianne_Vos_Hoogerheide_2007.jpg)
Marianne Vos tijdens een veldrit
Woordafbreking
- veld·rit
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van veld zn en rit zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | veldrit | veldritten |
verkleinwoord | veldritje | veldritjes |
Zelfstandig naamwoord
veldrit m [1]
- (wielrennen) een wielertocht of wielerwedstrijd waarbij men over onverharde wegen rijdt
- Veldrijdster Sophie de Boer heeft zondag een veldrit uit de Superprestigereeks in Ruddervoorde gewonnen. De in Amsterdam woonachtige renster was een klasse apart. Ze had een minuut voorsprong op de Belgische Sanne Cant, die tweede werd. Ellen van Loy, eveneens afkomstig uit België, kwam als derde over de streep.[2]
- De Belgische Ellen Van Loy werd derde in de koers om het klassement van de Bpostbanktrofee. Vos had zondag wel de Superprestigecross in Diegem en tweede kerstdag de wereldbekerveldrit in Heusden-Zolder gewonnen. Het was de vierde veldrit dit seizoen voor Vos. In de wereldbekercross in Namen werd ze op 21 december ook tweede achter Nash.[3]
Gangbaarheid
- Het woord veldrit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'veldrit' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
Verwijzingen
- Woordenboek der Nederlandsche taal (1864-2001).
- Het Parool 6 NOVEMBER 2016 Veldrijdster De Boer wint in Ruddervoorde
- Het Parool 30 dec. 2014 Tsjechische houdt Vos van hoogste trede
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.