vann

Noors

Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: / ʋɑn /
Woordafbreking
  • vann
Woordherkomst en -opbouw
  • Afkomstig van het Oudnoorse zelfstandige naamwoord vatn
Naar frequentie 554

Werkwoord

vann

  1. verleden tijd van vinne (betekenis: winnen)
Schrijfwijzen
[A] enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vann     vannet     -     -  
genitief   vanns     vannets     -     -  

Zelfstandig naamwoord

[A] vann, o

  1. (scheikunde) water
Afgeleide begrippen
  • [1]: kildevann
  • [1]: kjølvann
  • [1]: mineralvann
  • [1]: sukkervann
Verwante begrippen
[B] enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   vann     vannet     vann     vanna
vannene  
genitief   vanns     vannets     vanns     vannas
vannenes  

Zelfstandig naamwoord

[B] vann, o

  1. water, waterplas, aquatisch milieu
  2. (medisch) (in het lichaam) water, lichaamsvloeistof
Synoniemen
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen
  • vass-


Nynorsk

Woordafbreking
  • vann

Werkwoord

vann

  1. verleden tijd van vinne (betekenis: winnen)
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.