uitwateren

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·wa·te·ren
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

uitwateren

stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitwateren
waterde uit
uitgewaterd
zwak -d volledig
  1. het lozen van overtollig water
    • ,,We moeten ernaar streven om de winterpeilen tussen Vlaanderen en Nederland op elkaar af te stemmen", zegt Vancraeynest. ,,En we moeten onderzoeken of we samen met West-Zeeuws-Vlaanderen het westelijke stroomgebied van het Leopoldkanaal samen zouden kunnen uitwateren via Cadzand.[1] 
    • Het vleesmengsel wordt in kromme runderdarmen (middelmaat) gestopt, die je eerst een etmaal hebt laten uitwateren.[2] 
Synoniemen
Vertalingen

Gangbaarheid

  • Het woord uitwateren staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. de Standaard 20 FEBRUARI 2003 Marc Carlier en Geert Weymeis
  2. Volkskrant Adriaan de Boer 18 januari 2003
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.