uitsteken
Nederlands
Woordafbreking
- uit·ste·ken
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van uit bw en steken ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
uitsteken |
stak uit |
uitgestoken |
klasse 4 | volledig |
Werkwoord
uitsteken
- inergatief in grootte de rest voorbijstreven
- Die boom steekt boven de andere uit.
- ditransitief met een scherp voorwerp stekend verwijderen
- Men stak hem de ogen uit.
- overgankelijk uitstrekken, bijvoorbeeld van een ledemaat
- Als je links afslaat moet je je hand uitsteken.
Vertalingen
Gangbaarheid
- Het woord uitsteken staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'uitsteken' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.