uitdoven

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • uit·do·ven
Woordherkomst en -opbouw
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
uitdoven
doofde uit
uitgedoofd
zwak -d volledig

Werkwoord

uitdoven

  1. ergatief geen licht of vuur meer voortbrengen
    • Gedurende de nacht was het kampvuur uitgedoofd en in de kou van de ochtend trachtte hij met de smeulende sintels een nieuw vuur te ontsteken. 
  1. overgankelijk een einde maken aan het voortbrengen van vuur of licht
    • Doof wel het vuur goed uit voordat je vertrekt! 

Gangbaarheid

  • Het woord uitdoven staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
97 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.