uitbesteed
Nederlands
Woordafbreking
- uit·be·steed
Woordherkomst en -opbouw
- vervoeging van uitbesteden: voltooid deelwoord, op te vatten als samenstelling van uit bw en besteed ww
Werkwoord
| vervoeging van |
|---|
| uitbesteden |
uitbesteed
- (in een bijzin) eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van uitbesteden
- ... dat ik uitbesteed.
- voltooid deelwoord van uitbesteden
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.