tweeledig

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • twee·le·dig
Woordherkomst en -opbouw
stellendvergrotendovertreffend
onverbogen tweeledigtweeledigertweeledigst
verbogen tweeledigetweeledigeretweeledigste
partitief tweeledigstweeledigers-

Bijvoeglijk naamwoord

tweeledig

  1. bestaande uit twee verbonden delen
    • De lange tweeledige bus kon veel passagiers vervoeren. 
  1. met twee doelen
    • Het doel van deze cursus is tweeledig'. Op de eerste plaats kun je je Nederlands verbeteren en op de tweede plaats leer je wat over de Nederlandse samenleving. 

Gangbaarheid

  • Het woord tweeledig staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.