tuchteloosheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tuch·te·loos·heid
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tuchteloosheid tuchteloosheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

tuchteloosheid v

  1. het tuchteloos zijn
    • De tuchteloosheid van de opgeschoten jongens bezorgde de politie veel werk. 
Synoniemen
  1. rotzooi, wanorde, ordeloosheid

Gangbaarheid

  • Het woord tuchteloosheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.