trofee
Nederlands
Woordafbreking
- tro·fee
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘zegeteken’ voor het eerst aangetroffen in het jaar 1597 [1]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | trofee | trofeeën trofees |
verkleinwoord | trofeetje | trofeetjes |
Zelfstandig naamwoord
trofee v
- een voorwerp dat men krijgt na een overwinning
- Het Nederlands elftal heeft voor de vijfde keer op rij de trofee gewonnen.
Vertalingen
1. een voorwerp dat men krijgt na een overwinning
Gangbaarheid
- Het woord trofee staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'trofee' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.