triton
Nederlands
Woordafbreking
- tri·ton
Zelfstandig naamwoord
triton m [2]
- (mythologie) zeegod van lagere rang, half mens, half vis reed hij over het water met paarden en zeemonsters en blies hij op de kinkhoorn om de golven te bedaren
- (natuurkunde) atoomkern van tritium die bestaat uit één proton en twee neutronen
Gangbaarheid
- Het woord triton staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'triton' herkend door:
68 % | van de Nederlanders; |
57 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.