transmigratie
Nederlands
Woordafbreking
- trans·mi·gra·tie
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘verhuizing’ voor het eerst aangetroffen in 1350 [1]
- Naamwoord van handeling van migreren met het voorvoegsel trans- met het achtervoegsel -atie [2]
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | transmigratie | transmigraties |
verkleinwoord | - | - |
Zelfstandig naamwoord
transmigratie v
- migranten die zich verplaatsen van het ene land naar het andere
- Transmigratie wordt een acuut probleem in Europa.
- verhuizing (van grotere bevolkingsgroepen)
Verwante begrippen
- [1] transmigrant
Gangbaarheid
- Het woord transmigratie staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.