tongzoen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • tong·zoen
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord tongzoen tongzoenen
verkleinwoord tongzoentje tongzoentjes

Zelfstandig naamwoord

tongzoen m

  1. erotisch getinte kus waarbij de tongen van de partners elkaar raken

Werkwoord

vervoeging van
tongzoenen

tongzoen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tongzoenen
    • Ik tongzoen. 
  2. gebiedende wijs van tongzoenen
    • Tongzoen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van tongzoenen
    • Tongzoen je? 

Gangbaarheid

  • Het woord tongzoen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.