tomatsaus

Tomatsaus.
Tomatensaus.

Noors
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /tuˈmɑːtsæʉs/
Woordafbreking
  • to·mat·saus
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

tomatsaus m

  1. (voeding) tomatensaus
  1. «Jeg kjøpte en boks hvite bønner i tomatsaus i dag.»
    Ik heb vandaag een blikje witte bonen in tomatensaus gekocht.
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   tomatsaus     tomatsausen     tomatsauser     tomatsausene  
genitief   tomatsauss     tomatsausens     tomatsausers     tomatsausenes  


Nynorsk
Uitspraak
  • Geluid: Bestand bestaat nog niet. Aanmaken?
  • IPA: /tuˈmɑːtsæʉs/
Woordafbreking
  • to·mat·saus
Woordherkomst en -opbouw

Zelfstandig naamwoord

tomatsaus m

  1. (voeding) tomatensaus
Verbuiging
  enkelvoud meervoud
onbepaald bepaald onbepaald bepaald
nominatief   tomatsaus     tomatsausen     tomatsausar     tomatsausane  
genitief                        
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.