terzijde

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ter·zij·de
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord terzijde terzijdes
verkleinwoord terzijdetje terzijdetjes

Zelfstandig naamwoord

terzijde o [1]

  1. tekst die in een toneelstuk tot het publiek gericht wordt zonder dat de andere spelers dit zouden merken
  2. zijdelingse opmerking

Bijwoord

terzijde

  1. terloops
    • De terzijde gemaakte opmerking moet je niet serieus nemen. 
  1. naar opzij
  2. aan de zijkant
  3. iemand terzijde staan = iemand helpen
    • De huisarts stond zijn patiënten terzijde in moeilijke tijden. 
Afgeleide begrippen
  • terzijdelating, terzijdestelling

Gangbaarheid

  • Het woord terzijde staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.