terugvallen
Nederlands
Woordafbreking
- te·rug·val·len
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van terug bw en vallen ww
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
terugvallen |
viel terug |
teruggevallen |
klasse 7 | volledig |
Werkwoord
terugvallen
- ergatief een bereikte hogere positie weer op moeten geven
- Hij was de glibberige rots een stukje opgeklommen maar hij gleed uit en viel terug.
- ergatief figuurlijk een bereikte hogere positie weer op moeten geven
- Door dat oponthoud was hij flink op de ranglijst teruggevallen.
Gangbaarheid
- Het woord terugvallen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'terugvallen' herkend door:
100 % | van de Nederlanders; |
100 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.