terugroepen
Nederlands
Woordafbreking
- te·rug·roe·pen
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van terug bw en roepen ww
Werkwoord
terugroepen [1]
stamtijd | ||
---|---|---|
onbepaalde wijs |
verleden tijd |
voltooid deelwoord |
terugroepen |
riep terug |
teruggeroepen |
klasse 7 | volledig |
- zeggen dat iets of iemand terug moet komen naar de plaats waar hij of het vandaan komt
- De autofabrikant moest duizenden auto's terugroepen omdat er een fabricagefout gemaakt was.
- “Ook na het schandaal hebben zowel de lidstaten als de Commissie onvoldoende ingegrepen. De lidstaten weigeren boetes te geven aan de sjoemelende autofabrikanten en het terugroepen van sjoemeldiesels is bijna nergens verplicht gesteld. Daarnaast had de Commissie meer dan een half jaar nodig om juridische procedures te starten tegen de landen die bewust Europese wetten schonden door het gesjoemel oogluikend toe te laten.” [2]
- als reactie op roepen ook roepen
- Ik riep in het bos maar niemand riep terug
Gangbaarheid
- Het woord terugroepen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'terugroepen' herkend door:
99 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.