talkshow
Nederlands
Woordafbreking
- talk·show
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Engels, in de betekenis van ‘televisieshow waarin met gasten wordt gesproken’ voor het eerst aangetroffen in 1983 [1]
- samenstelling van het Engelse talk (praat) en show
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | talkshow | talkshows |
verkleinwoord | talkshowtje | talkshowtjes |
Zelfstandig naamwoord
talkshow m
- is een televisieprogramma waarbij het hoofdaandeel uit het praten bestaat
- The Oprah Winfrey Show is een internationaal bekende talkshow.
Gangbaarheid
- Het woord talkshow staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'talkshow' herkend door:
98 % | van de Nederlanders; |
99 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.