tafelen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • ta·fe·len
Woordherkomst en -opbouw
  • In de betekenis van ‘ketelmuziek maken’ voor het eerst aangetroffen in 1882 [1]
  • Afgeleid van tafel met het achtervoegsel -en

Zelfstandig naamwoord

tafelen mv

  1. meervoud van het zelfstandig naamwoord tafel
Synoniemen
Vertalingen
stamtijd
onbepaalde
wijs
verleden
tijd
voltooid
deelwoord
tafelen
tafelde
getafeld
zwak -d volledig

Werkwoord

tafelen

  1. inergatief aan tafel zitten om te eten.

Gangbaarheid

  • Het woord tafelen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
99 %van de Nederlanders;
98 %van de Vlamingen.

Meer informatie

Verwijzingen

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.