taalrol

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • taal·rol
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord taalrol taalrollen
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

taalrol v/m

  1. de taalgroep waartoe iets of iemand gerekend wordt in België
    • In België kent met Nederlands, Frans en Duits als taalrollen.  
    • Bernard Gilliot volgt Michèle Sioen op als voorzitter van het VBO. Het voorzitterschap bij de werkgeversorganisatie gaat afwisselend naar een Vlaamse of een Waalse ondernemer of manager. aangezien Sioen van het gelijknamige technisch textielbedrijf uit het West-Vlaamse Ardooie tot de Vlaamse taalrol behoorde, was het nu de beurt aan een ‘Franstalige’ voorzitter. Gilliot is wel perfect tweetalig. [1] 
    • Nu moeten verse rekruten voor hun eerste tien weken basisopleiding naar Leopoldsburg (CBOS Noord) of Aarlen (CBOS Zuid), afhankelijk van hun taalrol. [2] 

Gangbaarheid

  • Het woord taalrol staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.

Verwijzingen

  1. De Standaard 13/03/2017 door Pascal Sertyn Fileleed een van de prioriteiten voor nieuwe VBO-voorzitter
  2. De Standaard 15 MEI 2018 Soldatenschool dichter bij huis
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.