taalgemeenschap
Nederlands
Woordafbreking
- taal·ge·meen·schap
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van taal en gemeenschap
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | taalgemeenschap | taalgemeenschappen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
taalgemeenschap v
- een grote samenlevende groep die dezelfde taal gebruikt
Gangbaarheid
- Het woord taalgemeenschap staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.