subsidiair
Nederlands
Woordafbreking
- sub·si·di·air
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘vervangend’ voor het eerst aangetroffen in 1830 [1]
- afgeleid van het het Franse subsidiaire of het Latijnse 'sedēre' (zitten) met het voorvoegsel sub- met het achtervoegsel -air [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | subsidiair | subsidiairder | subsidiairst |
verbogen | subsidiaire | subsidiairdere | subsidiairste |
partitief | subsidiairs | subsidiairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
subsidiair
- in de plaats tredend van wat in de eerste plaats verlangd of gevraagd wordt
- Hij werd in subsidiaire hechtenis genomen.
Gangbaarheid
- Het woord subsidiair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'subsidiair' herkend door:
97 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.