strooidop
Nederlands
Woordafbreking
- strooi·dop
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van strooien ww en dop zn
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | strooidop | strooidoppen |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
strooidop m
- kleine deksel met veel gaatjes waarmee men een poeder makkelijk, gedoseerd kan uitstrooien
- Veel gerechten vragen om een theelepel van een kruid of specerij. Een strooidop zit in dat geval alleen maar in de weg. Ook het vullen gaat veel fijner zonder zo’n irritante dop. En geloof ons: je gaat het ook niet missen. Je ontwikkelt razendsnel dat gevoel om je kruiden redelijk precies uit je potjes te kloppen. [1]
Gangbaarheid
- Het woord strooidop staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'strooidop' herkend door:
90 % | van de Nederlanders; |
90 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.