stofhagel
Nederlands
Woordafbreking
- stof·ha·gel
Woordherkomst en -opbouw
- samenstelling van stof en hagel
enkelvoud | meervoud | |
---|---|---|
naamwoord | stofhagel | |
verkleinwoord |
Zelfstandig naamwoord
stofhagel m
- zeer fijne hagel
- Daar stond ik in het donker, aan de kade, met de weekendtas in de hand. Aan de vooravond van de Ronde van Vlaanderen. Een half uur eerder had de autoradio nog gemeld dat de renners zondagmiddag verrast konden worden door stofhagel (Wilfried de Jong NRC 7 april 2008).
Gangbaarheid
- Het woord 'stofhagel' staat niet in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'stofhagel' herkend door:
59 % | van de Nederlanders; |
92 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.