statiegeld

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sta·tie·geld
Woordherkomst en -opbouw
enkelvoud meervoud
naamwoord statiegeld statiegelden
verkleinwoord - -

Zelfstandig naamwoord

statiegeld o

  1. geld dat betaald wordt voor een verpakking dat men terugkrijgt bij inleveren hiervan en waardoor die verpakking uiteindelijk terugkomt op zijn standplaats (statie)
    • Op frisdrankflessen wordt er statiegeld geheven. 
Synoniemen
  • [[terugbrengpremie]
Afgeleide begrippen
Verwante begrippen

Gangbaarheid

  • Het woord statiegeld staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
100 %van de Vlamingen.

Meer informatie

This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.