sprong uit

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sprong uit
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
uitspringen

sprong uit

  1. enkelvoud verleden tijd van uitspringen
    • Ik sprong uit. 
    • Jij sprong uit. 
    • Hij, zij, het sprong uit. 

Gangbaarheid

  • Het woord sprong uit staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.