sluwheid

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • sluw·heid
Woordherkomst en -opbouw
  • afgeleid van sluw met het achtervoegsel -heid
enkelvoud meervoud
naamwoord sluwheid sluwheden
verkleinwoord

Zelfstandig naamwoord

sluwheid v

  1. zaken die voortkomen uit geslepen zijn
    • Zijn mooie praatjes bleken alleen maar sluwheden te zijn. 
  1. het sluw zijn
    • De sluwheid van de bedrieger was verpakt en schone praaktjes. 

Gangbaarheid

  • Het woord sluwheid staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
100 %van de Nederlanders;
99 %van de Vlamingen.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.