skiër
Nederlands
Woordafbreking
- ski·er
Zelfstandig naamwoord
skiër m
- een mannelijk iemand die aan skiën doet
- Hij is ondertussen een beroemde skiër geworden.
Vertalingen
1. een mannelijk iemand die aan skiën doet
Gangbaarheid
- Het woord skiër staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'skiër' herkend door:
96 % | van de Nederlanders; |
95 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.