sedentair
Nederlands
Woordafbreking
- se·den·tair
Woordherkomst en -opbouw
- Leenwoord uit het Frans, in de betekenis van ‘zittend’ voor het eerst aangetroffen in 1824 [1]
- afgeleid van het Franse sédentaire met het achtervoegsel -air [2]
stellend | vergrotend | overtreffend | |
---|---|---|---|
onverbogen | sedentair | sedentairder | sedentairst |
verbogen | sedentaire | sedentairdere | sedentairste |
partitief | sedentairs | sedentairders | - |
Bijvoeglijk naamwoord
sedentair
- De mate van beweging werd ingedeeld in de vier categorieën sedentair, licht, gemiddeld en hoog. [3]
- een vaste verblijf- of standplaats hebbend
Gangbaarheid
- Het woord sedentair staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
- In onderzoek van het Centrum voor Leesonderzoek uit 2013 werd 'sedentair' herkend door:
45 % | van de Nederlanders; |
91 % | van de Vlamingen. |
This article is issued from
Wiktionary.
The text is licensed under Creative
Commons - Attribution - Sharealike.
Additional terms may apply for the media files.