schakel aaneen

Nederlands

Uitspraak
Woordafbreking
  • scha·kel aan·een
Woordherkomst en -opbouw

Werkwoord

vervoeging van
aaneenschakelen

schakel aaneen

  1. eerste persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenschakelen
    • Ik schakel aaneen. 
  2. gebiedende wijs van aaneenschakelen
    • Schakel aaneen! 
  3. (bij inversie) tweede persoon enkelvoud tegenwoordige tijd van aaneenschakelen
    • Schakel je aaneen? 

Gangbaarheid

  • Het woord schakel aaneen staat in de Woordenlijst Nederlandse Taal van de Nederlandse Taalunie.
This article is issued from Wiktionary. The text is licensed under Creative Commons - Attribution - Sharealike. Additional terms may apply for the media files.